U bent hier
Wie Vlaanderen verjaagt uit Brussel, delft het graf van België: wanneer gaan de Brusselaars dit inzien?

Franstaligen die pleiten voor een zevende staatshervorming. Ze bestaan. En het zijn niet van de minsten. Hendrik Vuye en Veerle Wouters bekijken hun voorstellen op Knack.be. "De aanwezigheid van Vlaanderen in Brussel is nu net het cement dat België samenhoudt."
Hoor wie klopt daar kind'ren. Hoor wie klopt daar kind'ren. Hoor wie klopt daar zachtjes tegen 't raam. Het is de zevende staatshervorming.
Plots is het zover. Eerst zegt Waals minister-president Paul Magnette (PS) dat het niet ondenkbaar is dat de PS en de N-VA ooit nog samen aan de onderhandelingstafel zitten. En vervolgens pleiten prominente Franstaligen voor een zevende staatshervorming.
Dat de zesde staatshervorming geen Copernicaanse omwenteling is, dat schreven we al. Dat de Senaat een oubollige en overbodige instelling is, schreven we ook al. Dat er een zevende staatshervorming komt, dat weten we intussen. Maar dat net Franstalig België daarmee op de proppen komt, dat is verwonderlijk, althans voor diegenen die Franstalig België niet kennen. Exit het 'demandeurs de rien'-scenario.
Op naar de zevende staatshervorming
Professor Hugues Dumont (Université Saint-Louis - Bruxelles) publiceert in Journal des Tribunaux een artikel over 'La sixième réforme de l'Etat ou l'art de ne pas choisir?'. Het artikel van Dumont wordt uitvoerig besproken in Le Soir en La Libre Belgique. Hij stelt dat Franstaligen best nu reeds nadenken over de zevende staatshervorming.
Dumont is zeker geen aanhanger van de N-VA. Wel integendeel. In La Libre heeft hij het zelfs over de 'intentions perverses de la N-VA', een uitspraak waarmee de academicus alvast in zijn politieke kaarten laat kijken.
Dumont vindt steun bij Béatrice Delvaux, de 'éditorialiste en chef' van Le Soir. Zij schrijft dat Franstaligen er tactisch belang bij hebben om de zevende staatshervorming voor te bereiden. Anders zal een 'N-VA séparatiste/confédéraliste', oppermachtig na de volgende verkiezingen, de staatshervorming opleggen aan de Franstaligen. La Libre ondervraagt de fractievoorzitters van het Waals Parlement. "No way", antwoordt Dimitri Fourny (cdH). Bij het cdH blijft het dus "non". Wie had anders verwacht? Voor Stéphane Hazée (Ecolo) is het geen prioriteit. De twee grootste Franstalige partijen reageren anders. Christophe Collignon (PS) ziet het voorstel wel zitten, evenals Pierre-Yves Jeholet (MR). Er beweegt iets in Franstalig België.
Wat zijn de voorstellen van Dumont? Hij argumenteert dat met de zesde staatshervorming een belangrijk taboe wordt doorbroken: Brussel is steeds meer een deelstaat als de andere. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest verwerft de constitutieve autonomie. Het gewest krijgt voor het eerst culturele bevoegdheden, namelijk de bi-culturele aangelegenheden, voor zover die van gewestelijk belang zijn. Het wordt bevoegd voor de financiering en subsidiëring van de gemeentelijke sportinfrasctructuur en het opzetten van programma's van beroepsopleiding. Via de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (GGC) worden de Brusselaars ook bevoegd voor aspecten van de gezondheidszorg, de gezinsbijslagen en het jeugdsanctierecht.
Dat zijn allemaal bevoegdheden die de Brusselaars zelf uitoefenen, wat betekent dat de banden tussen Vlaanderen en Brussel worden doorgeknipt. Net dit aspect juicht Dumont toe. Hij ziet er de voorafspiegeling in van een België dat bestaat uit vier gewesten, waarbij Brussel een volwaardig gewest is.
Taboe doorbroken
Dumont heeft een punt. De geestelijke vaders van de zesde staatshervorming zijn hier veel te licht overgegaan. Neem de Brusselse bevoegdheid voor de bi-culturele materies van gewestelijk belang. Waar gaat dit over? Het Vlinderakkoord vermeldt in een voetnoot het onschuldige voorbeeld van de 'Zinneke Parade'. Daar gaat het evident niet over. Het begrip bi-culturele materies van gewestelijk belang is een open norm. Eender welk cultureel initiatief kan onder die noemer worden georganiseerd. Brussel is nu in de feiten bevoegd voor cultuur. Hier is, zoals Dumont stelt, een taboe doorbroken. En wat voor een taboe! Gaston Eyskens vond het één van de grote verwezenlijkingen van de staatshervormingen, dat er geen Brusselse en ook geen Belgische cultuur bestaat. Sedert de zesde staatshervorming bestaat er wel degelijk een Brusselse cultuur en een Brussels cultuurbeleid. Het Vlinderakkoord breekt met de klassieke indeling in gemeenschappen en gewesten. Gaston Eyskens draait zich ongetwijfeld om in zijn graf.
Het België met vier
Voortbouwend op dit aspect van de zesde staatshervorming, pleit Hugues Dumont voor een België met vier gewesten: Vlaanderen, Wallonië, Brussel en Duitstalig België. De gemeenschappen blijven bestaan, maar met beperkte bevoegdheid: cultuur en onderwijs. De federale overheid behoudt de soevereine bevoegdheden (defensie, financiën, ...) en de sociale zekerheid. Een federale sociale zekerheid is voor Dumont blijkbaar een evidentie. Voor de N-VA echter allerminst.
Dumont steekt niet onder stoelen of banken dat hij België wil redden. Dit is een politieke keuze. Maar is zijn model wel bij machte om België te redden? Het België met vier is de natte droom van Franstalige politici en academici. Alleen is dat België met vier een terminaal zieke patiënt. België met vier betekent dat de banden tussen Vlaanderen en Brussel worden doorgeknipt. Men miskent aldus dat Brussel een Vlaamse stad is.
De aanwezigheid van Vlaanderen in Brussel is nu net het cement dat België samenhoudt. Waarom zou Vlaanderen lid blijven van een Belgische federatie, als het geen enkele zeggenschap meer heeft over Brussel? Wat zal de drijfveer zijn voor de Vlaamse Gemeenschap om te blijven investeren in Brussel?
Indien het Brusselse Gewest een volwaardige deelstaat wordt die gewest- en gemeenschapsbevoegdheden uitoefent, het model dat Dumont verdedigt, dan wordt België een land dat lijkt op wijlen Tsjechoslowakije. Tsjechië en Slowakije konden makkelijk scheiden omdat er geen gemeenschappelijke hoofdstad was om over te bekvechten.
Wie de Vlaamse Gemeenschap verjaagt uit Brussel, delft het graf van België. Wanneer gaan (Franstalige) Brusselaars dit eens beseffen? Indien ze België willen redden, dan moeten ze net pleiten voor meer aanwezigheid van de Vlaamse Gemeenschap in Brussel.
Er is ook nog Philippe Moureaux
Het positieve nieuws is alvast dat Franstaligen niet langer in modus 'demandeurs de rien' staan. Boeiend in dit opzicht is een interview met Philippe Moureaux in De Morgen. De PS-coryfee legt uit dat zijn partij een Waals-regionalistische partij is. Schamper merkt hij op dat Elio Di Rupo de PS-tanker op een unitaire koers heeft gezet. Hij stelt dat de PS, tot zijn schrik, een Belgicistische, monarchistische en emotioneel aan België verknochte partij is geworden. Maar Moureaux is bijzonder duidelijk waar hij stelt dat België enkel een meerwaarde heeft met het behoud van 'een solidariteitssysteem die naam waardig'. Vrij vertaald: zonder transfers hoeft België niet.
Dat fenomeen is bekend. In zijn boek over Jules Destrée wijst Rik Van Cauwelaert er al op. Wanneer de PS in de meerderheid zit, dan gaat de partij op welhaast stalinistische wijze de unitaire toer op. Dat was zo gedurende Elio I. Als de partij federaal in de oppositie zit, dan trekken de PS'ers de regionalistische kaart.
Vlamingen beseffen dit niet, maar zo is het wel altijd al geweest.